Denkfouten zijn normaal, maar er is hoop
Boek: Ons feilbare denken op het werk. Betere beslissingen en minder denkfouten
Schrijvers: Chantal van der Leest
Recensent: Bert Peene
Een van de invloedrijkste psychologen ter wereld is Daniel Kahneman. Zijn onderzoek naar hoe mensen denken en beslissingen nemen heeft grote invloed gehad op diverse gebieden. Eerst en vooral de economie – Kahneman is gedragseconoom – maar bijvoorbeeld ook de medische wetenschappen, de politiek en natuurlijk de (organisatie)psychologie. Vooral zijn boek ‘Ons feilbare denken. Thinking, fast and slow’, dat in 2011 verscheen en sindsdien een kleine veertig (!) herdrukken beleefde, mag niet ontbreken in de bibliotheek van iedereen die geïnteresseerd is in menselijk gedrag en in de manier waarop wij beslissingen nemen; schoolleiders bijvoorbeeld. Mocht u onverhoopt behoren tot die kleine categorie voor wie dat wel het geval is, dan biedt ‘Ons feilbare denken op het werk. Betere beslissingen en minder denkfouten’ van Chantal van der Leest de mogelijkheid voor een snelle catch up.
Kahnemans boek gaat met name over denkfouten en die maken we allemaal iedere dag. Dat komt doordat we twee manieren van denken gebruiken: systeem 1-denken en systeem 2-denken. Systeem 1 heeft ons vanuit de evolutie geleerd te overleven. Het reageert razendsnel op prikkels, op basis van ervaring. Vijfennegentig procent van onze beslissingen nemen we op die manier, aan de hand van vuistregels en heuristieken. Dat gaat dus automatisch, snel en moeiteloos en zo zien onze hersenen het graag. Hoe mindere moeite denken kost, des te beter het is. Systeem 2 werkt trager; het denken verloopt bewust en gecontroleerd. Het is denken zoals wij dat doorgaans zien: je hoort als het ware ‘de raderen draaien’. In de meeste gevallen reageren we intuïtief, vanuit systeem 1 dus, en verzint systeem 2 daar een logische verklaring bij.
Waarom een ‘kleine Kahneman’ schrijven als de ‘grote’ zo goed wordt verkocht? Daarin is Van der Leest duidelijk: er is nog steeds behoefte aan een snelle introductie in de psychologie van onze beslissingen – de omvang van Kahnemans boek zou inderdaad kunnen afschrikken: het telt ruim vijfhonderd pagina’s – en zij wilde de geïnteresseerde lezer laten kennismaken met het belangrijkste onderzoek op dit terrein. Daartoe legt zij onder meer uit wat een cognitieve bias feitelijk is, hoe je denkfouten kunt opsporen, waarom we overal verstand van (denken te) hebben, waarom kritiek niet werkt (maar wel lijkt te werken) en wat het gevaar is van overdreven optimisme. Ieder hoofdstuk wordt afgesloten met een paragraaf onder de titel ‘In de praktijk’.
Welke lessen kun je uit dit kleine boekje – het telt nog net geen honderd veertig bladzijden – trekken? Dat zijn er heel wat, als je tenminste bereid bent aan te nemen dat ook jij regelmatig de fout ingaat, al vind je jezelf nog zo intelligent. Bovendien kun je jezelf voorhouden dat we dat ‘snelle denken’ nodig hebben om te overleven. Onze wereld zou onoverkomelijk ingewikkeld worden als we over al onze beslissingen ‘echt’ zouden moeten nadenken. Ben je eenmaal zo ver, dan zou je je bijvoorbeeld kunnen afvragen of de slagvaardigheid die je als schoolleider als je handelsmerk beschouwt, ook altijd tot goede beslissingen leidt. En hoe enthousiast je in het verlengde daarvan tegenspraak omarmt. Enkele jaren geleden was je een effectieve leider als je je eigen tegenspraak organiseerde. Denk bijvoorbeeld aan boeken als ‘Tegenspraak. Hoe je beter wordt van dwarsliggers’ (2015) en het veel recentere ‘Tegenspraak graag. Geen pantser, maar ruggengraat’ (2018). Dat oogde wat hyperig en een serieus thema is het nooit geworden, maar vanuit Kahnemans theorie bekeken zou het dat best mogen worden.
Een ander voorbeeld, over expert intuition. We lijden op allerlei vlakken aan zelfoverschatting, schrijft Van der Leest. We vinden onszelf bijvoorbeeld een betere leider dan we aantoonbaar zijn. Sterker nog: onderzoek wijst uit dat hoe slechter we in werkelijkheid ergens in zijn, hoe sterker ons geloof dat we hier eigenlijk heel goed in zijn. Dit komt doordat we een illusie van vertrouwen krijgen wanneer we veel cognitief gemak ervaren en dat gebeurt juist als we weinig informatie hebben die goed samenhangt en gemakkelijk te verwerken is. Enkel kijken naar de scores in het medewerkertevredenheidsonderzoek helpt dus niet echt als je een goede leider wilt worden. Vraag mensen om feedback op je functioneren en laat zien dat je ook werkelijk iets doet met de informatie die zij je geven; dat heeft veel meer effect. En omarm dwarsliggers, al voelt dat vast wat minder comfortabel. ‘Elkaar scherp houden en ook leidinggevenden mogen aanspreken op denkfouten zou geaccepteerd moeten zijn,’ schrijft Van der Leest, ‘maar dat is het vaak niet.’
Bert Peene is opleider en werkt daarnaast als journalist voor Managementboek Magazine en het VO Magazine.
Ingezonden recensie
Recensent: Wouter Vellema, Hoofd Bedrijfsvoering bij Schoonhovens College; Krimpenerwaard
Rapportcijfer: 8.5
Chantal van der Leest vertaalde de klassieker Ons feilbare denken van Daniel Kahneman naar de werkvloer: Ons Feilbare Denken op het Werk. De auteur is hierover eerlijk en weet waarde toe te voegen aan hun onderzoeken. Deze onderzoekers hebben de psychologie toegevoegd aan het economisch denken. Tot die tijd nam men aan dat mensen op basis van hun verstand feilloos de gunstigste aanbieding kozen.
Het boek staat vol met psychologische verklaringen voor het irrationele gedrag van mensen. De wetenschapsjournalist en neuropsycholoog Chantal van der Leest, onder andere bekend van het Psychologie Magazine, heeft een zeer leesbaar boek geschreven.
De opbouw van het boek, wat bestaat uit veel korte hoofdstukken, begint met een psychologisch wetenschappelijk element die kort wordt uitgelegd, waarna voorbeelden volgen uit de (werk)praktijk. Heel herkenbaar en vaak grappig. Aan de hand van herkenbare situaties worden de meest voorkomende denk- en inschattingsfouten op het werk op een rij gezet. Je kan hierdoor de vooroordelen van zowel jezelf als de anderen herkennen en vermijden. Indien je je hiervan bewust bent kun je bewuster een afweging maken.
Mindf*ck is het eerste wat mij bijblijft, na lezing van dit boek.
De basis van het boek ligt in de uitleg van de 2 systemen van waaruit men acteert.
- Systeem 1 werkt automatisch en op basis van indrukken, ingevingen en gevoelens. Het gebruik van systeem 1 kost weinig inspanning en kan moeilijk onder controle worden gehouden. ( het gevoel)
- Systeem 2 zorgt voor bewuste aandacht, mentale inspanningen (de ratio) Het gebruik van systeem 2 kost veel inspanning en wordt gebruikt om de indrukken van systeem 1 te onderdrukken en dat vergt zelfbeheersing.
De denkfouten (bias) ontstaan (mede) doordat systeem 1 te weinig wordt gecontroleerd door systeem 2.
Van der Leest neemt de lezer mee langs begrippen, zoals het halo-effect, ankerheuristiek, regressie-effect, beschikbaarheidsheuristiek, hindsight bias, planning(inschattings)fouten, framing en andere denkfouten. Veel termen zijn bekend uit de psychologie, maar worden door de auteur op een toegankelijke wijze gekoppeld aan denkfouten. Nadrukkelijk komt naar voren wat de valkuil is en hoe deze valt te herkennen.
Ik zal een drietal fouten (biases) kort toelichten.
- We oordelen op basis van de informatie die we hebben, zonder dat er een alarmbelletje gaat rinkelen dat we ons oordeel feitelijk baseren op te weinig data. De afkorting WYSIATI wat staat voor 'what you see is all there is' is hier op van toepassing. Je houdt vaak geen rekening met de dingen die je (nog) niet weet en die wel van invloed kunnen zijn.
- Vanuit de bedrijfseconomie is sunk costs fallacy (mentale rekening) een mooi voorbeeld en betreft het voorkomen van afkeer van verlies. Een verloren investering blijft verloren, maar indien je als human (mentaal gebonden) hier naar kijkt dan ben je emotioneel betrokken, waardoor je geneigd bent verder te investeringen om de boel te redden. Een econ (niet mentaal gebonden) voelt het beëindigen van een verloren investering niet als een mentaal verlies en zal sneller de investering beëindigen. In deze context is ook noemenswaardig de mails die tijdens diensttijd worden bewaard, maar die bij vertrek onverbiddelijk worden vernietigd, waarna de opvolger zonder mentale rekeningen die zin opgebouwd.
- De prospecttheorie vertelt over de referentiebias met betrekking tot winst en verlies die mensen onderling ervaren met bijvoorbeeld het verschil in salaris. De verwachte-nuts-hypothese schiet op dit vlak tekort. De prospecttheorie verklaart wel dat de winst en verlies door mensen wordt bepaald aan de hand van de eerdere toestand waarin ze verkeerden. Een voorbeeld uit het onderwijs is een zij-instromer die ongediplomeerd hoger ingeschaald wordt dan een gediplomeerde ervaren collega.
De gegeven voorbeelden zijn niet specifiek op het onderwijs gericht, maar vormen in zowel een professionele als privé situatie voldoende aanknopingspunten om hier op bedacht te zijn. Goed leesbaar, prima toepasbaar een echte aanrader! 8.5