Oprechte belangstelling voor de ander betaalt zich uit

Door Bert Peene

Wie als leider de samenleving wil dienen, zal de ander moeten leren kennen door oprecht te luisteren en inspraak te geven. Dat is de boodschap die Henk Jan Kamsteeg en Ugur Özcan hun lezers meegeven in het boek dat zij samen schreven. Een managementboek over inclusief leiderschap in romanvorm.

Ooit publiceerde een vooraanstaand managementtijdschrift de resultaten van een onderzoek naar hoe medewerkers over hun leidinggevenden dachten. Vonden zij die duidelijk, effectief en/of empathisch? Kortom, is hij of zij een goede manager? Het pikante was dat ook de inschattingen van leidinggevenden in het onderzoek waren meegenomen: hoe denkt u dat uw medewerkers over u denken? U raadt het natuurlijk al: de resultaten liepen sterk uiteen. De leidinggevenden vonden dat zij het best goed deden, de medewerkers zagen meer dan genoeg ruimte voor verbetering. 

Nederland telt al jaren ongeveer eenzelfde aantal leidinggevenden: zo’n 14% van de beroepsbevolking. Je zou daaruit kunnen afleiden dat een managementbaan nog niet veel aan populariteit heeft ingeboet, ondanks dat leidinggeven aan een organisatie of een onderdeel daarvan niet eenvoudiger geworden is. Wat in ieder geval wel duidelijk is, is dat leidinggevenden steeds meer worstelen met hun rol en dan met name met de verhouding tussen sturen enerzijds en loslaten of ondersteunen anderzijds. Dat blijkt onder meer uit de populariteit van al die leiderschapsparadigma’s die in de loop der jaren ontwikkeld zijn en waar de managementindustrie goed aan verdiend heeft. Ik noem er een paar: charismatisch leiderschap, dienend leiderschap, authentiek leiderschap, moreel leiderschap, ethisch leiderschap, empathisch leiderschap. Eén ding maken ze met z’n allen duidelijk: simpelweg orders uitdelen is uit den boze. Jeroen Seegers verbaast zich daarover. In zijn vorig jaar verschenen boek ‘Leiders leren met vallen en opstaan’ schrijft hij dat het bij leiderschap in essentie om macht gaat. Je wilt immers dat iemand iets voor je doet. In dat geval zijn er twee manieren om iets gedaan te krijgen: de ‘harde’ en de ‘zachte’ manier. En, let op: ‘Geen van beide stijlen is goed of fout, want het hangt sterk af van de omstandigheden waarin een en ander plaatsvindt.’ 

Die mening lijkt Henk Jan Kamsteeg in ieder geval niet te delen. Tien jaar geleden schreef hij het boek ‘Dienend leiderschap’, nu bleek de tijd rijp om daar een soort verbeterde versie van te publiceren: dienend leiderschap werd geüpgraded naar inclusief leiderschap. Omdat het één niet zonder het ander kan, aldus Kamsteeg. Goed leiderschap is inclusief leiderschap. Om dat te kunnen begrijpen, moeten we even terug naar dat eerste paradigma. Dienend leiderschap omschrijft Kamsteeg in een interview in Managementboek nogal vaag: ‘Dienend leiderschap is een hartsgesteldheid’ en ‘De vraag is eigenlijk: zijn de mensen er voor mij of wil ik er voor mijn mensen zijn?’ Gelukkig is Jeroen Seegers duidelijker: bij dienend leiderschap is de primaire focus gericht op de mensen en niet zozeer op de organisatie en de resultaten. Nou, dit kan nog net geen zwaktebod genoemd worden; dat ‘zacht’ niet zonder ‘hard’ kan, zal toch wel duidelijk zijn. 

Niettemin heeft dat eerstgenoemde boek Kamsteeg geen windeieren gelegd – het maakte hem tot een veelgevraagd spreker en adviseur – en dat inspireerde hem ongetwijfeld tot dit nieuwe boek: over inclusief leiderschap dus. Hij koos opnieuw voor een verhalende vorm. Net als in ‘Dienend leiderschap’ heet de hoofdpersoon Anton en we volgen Anton deze keer op de reis die hij samen met zijn collega’s maakt met de bedoeling The Company – vult u uw eigen organisatie hiervoor maar in – ‘Xceptional’ te maken. Wat leren we dan van de vele gesprekken die zij onderweg met elkaar voeren? Dat ook inclusief leiderschap een ‘hartzaak’ is. Dat je oprecht geïnteresseerd bent in de ander in de ander en empathisch luistert naar hem of haar ‘met het verlangen er voor hem of haar te zijn’. Inclusief leiderschap betekent dat je de ander wilt leren kennen en zijn stem wilt horen. Daardoor kun je een effectiever leider zijn, omdat je zo de obstakels en behoeften van stakeholders leert kennen. Wie zijn klassiekers kent, herkent hierin ongetwijfeld Jim Collins uit zijn bekende boek ‘Good to Great’: niveau 5-leiders – de meest effectieve leiders – hebben een duidelijke visie en zijn nederig.

Wat moet je van dit nieuwe leiderschapsparadigma denken? Ik zou zeggen: neem het niet al te serieus, niet in die zin dat u het ontwikkelen van inclusief leiderschap in uw persoonlijk ontwikkelingsplan moet opnemen. Het boek leest prettig en gemakkelijk weg, maar wie op zoek is naar een echt fundament om het eigen leiderschap (verder) te ontwikkelen, kan beter gebruik maken van het boek van Jeroen Seegers. Het ‘secure base’ leiderschap dat hij daarin beschrijft, heeft veel meer te bieden. 

Bert Peene is freelance docent en werkt als journalist voor Managementboek Magazine en het VO Magazine.

 


 

Recensent: Lars van Zanten (teamleider Da Vinci College Leiden)

Inclusief leiderschap is volgens de auteurs Henk Jan Kamsteeg en Ugur Özcan een managementboek in romanvorm, met praktische handvatten om inclusiviteit in organisaties te waarborgen.

In het boek volgen we Anton, directeur bij ‘The Company’, die zijn managementteam overhoop gooit en met een nieuw en diverser team probeert ‘Xceptional’ te worden. Hij concurreert daarbij met een andere divisie, een old boys network die de morele grenzen opzoekt.

Een verfrissend idee: vanwege deze opzet leest het snel weg. Desalniettemin komt het allemaal erg gemaakt en vergezocht over. De verhaallijn is flinterdun, en de theorieën en modellen worden er gekunsteld in verwerkt. De ruimte die het boek biedt had mijns inziens beter besteed kunnen worden aan concrete ideeën over hoe ik dit als lezer in mijn eigen organisatie in de praktijk kan brengen.

Toch is de boodschap een goede en belangrijke spiegel, ook voor veel scholen: hoe divers en inclusief zijn onze organisaties écht? En, om nog dichter bij huis te blijven: hoe zit dat met onze managementteams? Wat vraagt dat van ons als leiders? Stof tot nadenken!

 


 

Recensent: Carin Gabriels (teamleider Pieter Zeeman Zierikzee)

In een verhalende vorm wordt de boodschap neergezet dat diversiteit en inclusiviteit nodig zijn om echte verandering en groei te creëren. En nee, dat betekent niet alleen het aannemen van iemand van een andere sekse, geloof, uiterlijk, achtergrond, seksuele voorkeur of iemand met een handicap. Het is juist ook het lef hebben om iemand die anders denkt, handelt of in het leven staat aan het team toe te voegen, serieus te nemen en de ruimte te geven.

Dat is moeilijk, want vaak zijn het onbewuste vooroordelen die een rol spelen als we iemand moeten kiezen voor een bepaalde functie. Met name waar sprake is van leidinggevende posities is de neiging groot te kiezen voor ‘hetgeen bekend is en vertrouwd voelt’. 

Ook op de hoogste posities in het onderwijs is dit geen onbekend fenomeen. Hoeveel MT’s zijn echt divers en inclusief te noemen en waarbij het onderling vertrouwen zodanig groot is dat conflicten onderling aangegaan kunnen worden? En dat zij vervolgens toch bij elkaar betrokken blijven, zich verantwoordelijk voor elkaar voelen en samen blijft gaan voor dat gezamenlijke doel? Zo’n MT is goud, maar dat vereist wel een goede leider die niet alleen gelooft in diversiteit en inclusiviteit, maar er ook naar handelt!  

Ps: het is best de moeite waard om het boek eens te lezen.

 


 

Recensent: Kristin Renooij-Stroes (conrector Tabor College Werenfridus)

Het is de eerste dag van je vakantie na een druk schooljaar. Of misschien is het de laatste week voor de start van het nieuwe schooljaar. Als schoolleider heb je dan even genoeg van het lezen van zware managementliteratuur, omdat je echt wilt ontspannen. Maar misschien is het boek ‘Inclusief leiderschap’ van Henk Jan Kamsteeg en Ugur Özcan dan wel hét boek om op te pakken. Het was voor mij de eerste keer dat ik een managementboek las in de vorm van een roman. 

Ik maakte kennis met Anton, een manager die staat voor diversiteit, inclusiviteit en dienend leiderschap. Het is een inspiratie voor mijn schoolpraktijk om te lezen hoe Anton ‘a winning team’ formeert met ‘andere’ types (i.t.t. de corporate manager met dure auto, pak en stropdas) en waarin ieder lid de veiligheid voelt om met ideeën te komen vanuit eigen perspectief.

Het boek leest ontzettend snel weg, het is vermakelijk en onderweg pak je diverse managementtheorieën op die in het verhaal toegepast worden in de ‘praktijk’. Stop het boek in je koffer of lees het in de achtertuin en je komt geïnspireerd de zomer door.

Rapportcijfer: 8