Recensie door Lars van Zanten (teamleider Da Vinci College Leiden)

Nobelprijswinnaar Daniel Kahneman, bekend van ‘Ons feilbare denken’, gaat samen met Olivier Sibony en Cass Sunstein in het boek ‘Ruis’ in op het nemen van beslissingen. Hoe kan het toch dat verschillende mensen met dezelfde informatie tot geheel ander besluiten kunnen komen?

Wanneer je een boek over ruis schrijft, is het natuurlijk van groot belang om zelf zo helder mogelijk te communiceren. Dat is in dit ruim 400 pagina’s tellende boek grotendeels gelukt. Elk hoofdstuk wordt volgens dezelfde structuur ingeleid, behandeld en samengevat. Dat alles zo nauwgezet en uitvoerig wordt behandeld, komt de leesbaarheid niet altijd ten goede.

De auteurs slagen er desondanks in bewustzijn van ruis te duidelijk te maken en de negatieve effecten ervan op besluitvorming te verhelderen. Regelmatig worden aanbevelingen gedaan hoe ruis in dergelijke processen kan worden verminderd of, als dat niet lukt, er bewuster mee om te gaan.

Als teamleider neem je dagelijks beslissingen – soms met vergaande gevolgen. Wie openstaat voor nieuwe inzichten en bereid is om kritisch naar zichzelf te kijken, wordt zeker wijzer van ‘Ruis’. Dat ik dit boek mocht lezen rond onze leerlingbesprekingen was dan ook een cadeautje!

 

Recensie door Melle de Vries (bestuurder Gereformeerde Scholengemeenschap Randstad)

Ruis is de ongewenste variabiliteit in oordelen. Daniel Kahneman (bekend van ‘Ons feilbare denken’) en de andere auteurs willen met dit boek (van bijna 450 blz.) uitleggen waarom dit teveel voorkomt en wat daaraan gedaan kan worden. In een wereld met minder ruis is er meer rechtvaardigheid, worden vermijdbare fouten voorkomen en kosten bespaard. Dat nodigt uit tot lezen.

Het boek helpt zeker om bewust te worden van wat ruis is, wat het verschil is met bias, en hoe ruis gereduceerd kan worden. Het boek leest prettig, door de goede opbouw en herkenbare voorbeelden. Het stimuleert om kritisch naar beoordelingsprocessen te kijken.

Ook in het voortgezet onderwijs is ruis veelvoorkomend. Bij elk oordeel is sprake van ruis. Denk maar aan de beoordeling van het gedrag en werk van leerlingen, het aannemen en beoordelen van medewerkers en ook in de vele contacten met ouders, medezeggenschap en intern toezicht.

Kahneman e.a. hebben het over beslissingshygiëne als remedie. Het gaat dan om “het stroomlijnen van informatie, het gebruik van een gemeenschappelijk referentiekader dat is verankerd met de externe blik, en het aggregeren van onafhankelijke oordelen van meerdere individuen.” (327)

Het is duidelijk dat we ruis serieus moeten nemen, maar het boek is ook eerlijk in het bespreken van de negatieve effecten van het verminderen van ruis. Zeker in het onderwijs moet ook een beroep gedaan kunnen worden op creativiteit. Mensen zijn geen robots. En strakke regels en algoritmes kunnen ook onacceptabele consequenties hebben.

 


 

Ruis is een figurant, die zich meestal in de coulissen ophoudt

 

Door Bert Peene

Bij beslissingen die in de praktijk van het dagelijks leven worden genomen, is de hoeveelheid ruis vaak schandalig hoog. Aldus Daniel Kahneman, Olivier Sibony en Cass R. Sunstein; drie eminente geleerden die al jaren onze gemoedsrust aantasten door aan te tonen dat we lang niet zo rationeel zijn als we denken. Vooral Kahnemans boek Thinking, Fast and Slow (Ons Feilbare Denken) (2012 resp. 2016) werd wereldwijd een bestseller. In Ruis staat de vraag centraal waarom we zo vaak de verkeerde beslissingen nemen – opnieuw even slikken dus – en hoe we dat kunnen voorkomen.

Het woord ‘ruis’ is bij u waarschijnlijk, net als bij mij, vooral bekend als fenomeen in menselijke communicatie: als er sprake is van ruis, wordt die door externe of interne invloeden verstoord zodat de boodschap niet of verkeerd overkomt. Kahneman et al definiëren ruis anders, namelijk als ‘de ongewenste variabiliteit in beoordelingen van identieke problemen’.  Bijvoorbeeld als artsen bij dezelfde patiënt verschillende diagnoses stellen, examinatoren bij dezelfde student tot verschillende oordelen komen of BAC-leden over de geschiktheid van dezelfde sollicitant heel verschillend denken. Ruis is niet hetzelfde als bias, waarschuwen de auteurs. Bij bias gaat het om systematische afwijking, bij ruis ontbreekt het systematische. Mensen van wie verwacht wordt dat ze het met elkaar eens zijn, komen tot verschillende oordelen. ‘Helaas hebben veel organisaties last van zowel bias als ruis,’ aldus de auteurs. Maar waar bias inmiddels in duizenden wetenschappelijke artikelen en tientallen populaire boeken beschreven is, werd ruis maar zelden genoemd. Die balans proberen zij in dit boek te herstellen. Maar om de kwaliteit van onze beoordeling te verbeteren, moeten we beide zien weg te werken, waarschuwen zij: bias en ruis.

Het boek bestaat uit zes delen. In deel l onderzoeken de auteurs het verschil tussen ruis en bias en laten zij zien dat zowel in publieke als in private organisaties veel ruis aanwezig kan zijn. Ze gebruiken daartoe het strafrecht en de verzekeringswereld als voorbeeld. In deel ll onderzoeken zij het menselijk beoordelingsvermogen en gaan ze na hoe je accuraatheid en fouten kunt meten. In deel lll vergelijken zij het gebruik van regels, formules en algoritmes met wat de mens doet als hij voorspellingen doet. Interessant in dit deel is onder meer de vraag: als ruis zo alomtegenwoordig is, waarom hebben wij dat nooit eerder opgemerkt? In deel lV leggen de auteurs uit wat de belangrijkste oorzaken van ruis zijn, in deel V hoe je je oordelen kunt verbeteren en fouten kunt voorkomen, terwijl deel Vl inzoomt op de vraag wat het juiste ruisniveau is. Dat is namelijk niet nul. Op sommige gebieden is het simpelweg onmogelijk om ruis uit te bannen, terwijl dat op andere terreinen te duur is.

Wie naar de ondertitel van dit boek kijkt, zou gemakkelijk een prettig leesbare ‘how to’ verwachten. Dat is het echter zeker niet. Evenals bijvoorbeeld Thinking, Fast and Slow is een meer dan gemiddelde belangstelling en dito doorzettingsvermogen vereist om te leren hoe je daadwerkelijk tot betere beslissingen kunt komen. Dat heeft alles te maken met de aanpak van de drie auteurs, die grondig-wetenschappelijk is. Het boek heeft bepaald meer te bieden dan het vele populair-wetenschappelijke leeswerk dat de managementindustrie jaarlijks produceert. Bovendien blijkt dat er geen simpele trucs zijn om verkeerde beslissingen te voorkomen.

Toch wil ik u niet helemaal met lege handen achterlaten. Laten we daarom eens kijken welke lessen in ieder geval uit dit boek te halen vallen.

  • Functioneringsbeoordelingen – het beruchte beoordelingsgesprek – zijn vrijwel altijd oordeelsafhankelijk (en dus behoorlijk willekeurig). Ik citeer: ‘De meeste functioneringsbeoordelingen hebben veel minder te maken met de werkelijke prestatie van de beoordeelde persoon dan wenselijk is.’ Hoe kunt u dat verbeteren? Door de beoordelaars naar een referentiekadertraining te sturen. Vervolgens zullen zij het met elkaar eens moeten worden over wat onvoldoende, goed en uitstekend inhouden. Dat kan door ze concrete casussen te geven die fungeren als ankers op de beoordelingsschaal.
  • De standaard sollicitatiegesprekken zeggen niet erg veel over de vraag of kandidaten succesvol zullen zijn in een baan of niet. Ik citeer opnieuw: ‘Cru gezegd: je hebt er meestal niets aan.’ Je kunt personeelswerving verbeteren door sollicitatiegesprekken te structureren. Ze moeten daarvoor gebaseerd zijn op drie principes: ontleding ofwel in componenten opdelen, onafhankelijkheid en uitgesteld holistisch oordeel. Anders gezegd: negeer je intuïtie niet, maar stel ze uit.

Ik zei het al: simpele oplossingen zijn er volgens Kahneman en zijn medeauteurs niet. Wie werk wil maken van betere beoordelingen, zal daar ook écht werk van moeten maken.

Nb. Mocht u wat meer willen lezen over (onder meer) bias, dan is ‘Ons feilbaar denken op het werk’ (2018) van Chantal van der Leest zeker een aanrader. In nog geen honderd vijftig bladzijden en aan de hand van een grote diversiteit aan voorbeelden laat zij zien hoe je betere beslissingen kunt nemen en minder denkfouten maakt.  

Bert Peene is free lance docent en werkt daarnaast als journalist voor Managementboek Magazine en het VO Magazine.