Starters in het voortgezet onderwijs staan vaak voor een stevige opgave. Leraren die net hun opleiding hebben afgerond, moeten hun weg vinden in de soms weerbarstige praktijk. De startende schoolleider ziet zichzelf voor diverse uitdagingen geplaatst. Zo spelen schoolleiders een steeds belangrijkere rol bij de ontwikkeling van het onderwijs, geven ze veelal nog enkele uren les en sturen daarnaast een team docenten aan. En vaak wordt er ook van ze verlangd dat ze klaarstaan om allerhande acute problemen in de school op te lossen. En als startend bestuurder heb je plots niet enkel te maken met de complexe autonome agenda van de schoolorganisatie, maar moet je ook de verbinding maken met de maatschappij. Gelukkig is er steeds meer aandacht voor de begeleiding van starters vanuit overheid en politiek. We spraken Christine Hylkema, die dit schooljaar is begonnen in een nieuwe functie als rector-bestuurder, meerdere malen gesproken gedurende een half jaar. Lees haar verhaal hieronder.
 

Christine Hylkema:

  • Vorige baan: rector Jac. P. Thijsse College, Castricum
  • Nieuwe baan: rector-bestuurder Vossius Gymnasium, Amsterdam (Onderwijsstichting Zelfstandige Gymnasia, OSZG)
  • Opleiding voor nieuwe functie: leertraject Oriëntatie op besturen (VO-academie), stage bij een groot vo-bestuur

 

Wat valt mee? Wat valt op? En wie of wat heeft hen geholpen bij het maken van een goede start?

“Mijn functie is rector-bestuurder. Ik heb in mijn loopbaan op diverse niveaus en op veel scholen als leidinggevende gewerkt en nu voor het eerst op een categoraal gymnasium. Besturen is relatief nieuw voor me. Je voegt als bestuurder betekenis toe aan het onderwijs, zowel binnen je eigen school en stichting als binnen de gemeentelijke en landelijke context. Ik merk dat dit deel van het werk me erg goed bevalt. Ik vind de OSZG interessant omdat het een collegiaal bestuur is. Samen met mijn collegabestuurders ben ik verantwoordelijk voor onze zes scholen. Dat was in mijn eerste weken fijn, want mijn collega-bestuurders konden me helpen bij de vragen die ik had.

 

Leertraject Oriëntatie op besturen
In het leertraject Oriëntatie op besturen is bedoeld voor schoolleiders die de ambitie hebben om bestuurder te worden en inzicht willen in de wijze waarop hun persoonlijke kwaliteiten op die rol aansluiten. Klik hier voor meer informatie over dit traject.

 

Als rector-bestuurder heb je eigenlijk twee banen. Ik geef leiding aan de school, maar werk als bestuurder ook schooloverstijgend. Het is de uitdaging om in mijn combi-baan een goede balans te houden. Op een school spelen zo veel dingen; als je niet oppast, vergt dat al je aandacht en tijd. Daar wil ik alert op blijven. Bij mijn start viel de openheid van het team van het Vossius me erg op. Het was echt een warm bad en ik voelde me snel thuis. De school staat midden in Amsterdam, wat op zich al erg interessant is. Het viel me wel op dat zo’n prachtig monumentaal pand ook beperkingen heeft. Met relatief kleine lokalen zitten de leerlingen dicht op elkaar en is het een uitdaging om het onderwijs actueel vorm te geven. In coronatijd moet het allemaal ook veilig zijn. Ik ben blij met ons nieuwe ventilatiesysteem!

Starten op een school in coronatijd is niet eenvoudig. Normaliter praat je met iedereen en maak je kennis. Nu is het moeilijk om even een klas binnen te lopen. Corona legt een zware claim op docenten en de organisatie. In de eerste weken heb ik veel slechtnieuwsgesprekken moeten voeren: alle fantastische buitenschoolse activiteiten moesten vervallen, zoals concerten, de Romereis, talenreizen, excursies en het Café-Chantant. Dit maakt het er voor medewerkers en leerlingen niet leuker op. We werken met z’n allen keihard om de sfeer er toch goed in te houden.”

“De afgelopen weken zijn we op school druk met anticiperen op nieuw coronabeleid. We werken met scenario’s om snel te kunnen handelen als er weer nieuwe maatregelen zijn. Dat vergt inventiviteit. Om snel te kunnen schakelen heb ik een crisisteam geformeerd, met daarin de conrector, de roostermaker, de leerjaarcoördinatoren, de facilitair manager en de zorgcoördinatoren. Twee keer per week houden we via Teams samen de vinger aan de pols. Hebben we de leerlingen goed in beeld? Ik voel me inmiddels echt op mijn plek. Het is fijn dat we elkaar in het crisisteam along the way steeds beter leren kennen. Kennismaken met andere collega’s doe ik inmiddels ook via Teams. Wachten op het moment dat het fysiek kan, wil ik niet, dus dan maar zo.

Verbeteringen initiëren die de dagelijkse gang van zaken overstijgen, is nu moeilijker. Voor ik kwam, was er al een discussie over toetsbeleid. Dat vind ik belangrijk, maar ik wil dat gesprek voortzetten met een groot deel van het team en dat kan nu niet. Bovendien vergen we al veel van iedereen. Ik ga docenten nu echt niet lastigvallen met extra vergaderingen.

De verdeling van mijn taken als rector en als bestuurder verloopt nog niet zoals ik dat wil. Eerlijk gezegd kan dat ook niet in deze tijd, want de school heeft nu alle aandacht nodig. We komen als bestuur wel bij elkaar en als ik vragen heb, zijn de andere bestuurders er voor me. Ook dat gaat allemaal via Teams. Ik heb de andere bestuurders en ook de raad van toezicht nog niet vaak live gezien en dat maakt het toch anders. Bellen doen we wel, en appen ook. Onlangs hebben we bijvoorbeeld met elkaar besproken hoe we de open dagen organiseren. Dan brengen we elkaar op goede ideeën.

De komende weken gaan we met het crisisteam bekijken hoe we de overgang naar het volgende leerjaar het best kunnen aanpakken. Als je minder summatieve toetsen geeft, moet je nieuwe criteria gaan toepassen, zoals formatief evalueren. We gaan meer vooruitkijken: zijn leerlingen voldoende voorbereid op volgend jaar? Dat is een onderwijskundige verandering, en dat in deze tijd! Best spannend.”
 

Wat is meegevallen? Wat was lastig? En wie of wat heeft je geholpen bij het maken van een goede start?

“Het afgelopen jaar is heel anders verlopen dan ik had gedacht. Het was veel meer operationeel, maar dat kan ook niet anders natuurlijk. Ik hoop wel dat ik het komende jaar meer tijd heb om af en toe een stapje terug te doen, dat ik tijd kan nemen voor reflectie. Dat doe ik nu te weinig, maar dat is wel nodig in deze functie. Je komt dan op nieuwe ideeën die de school verder helpen of die je eigen gedrag sturen in een nieuwe richting. Op school kom je daar niet aan toe: ik stap ’s ochtends over de drempel en het begint meteen.

In deze nieuwe functie hoopte ik dat het interessant zou zijn om in een collegiale bestuursvorm te werken. Dat klopt, gelukkig! Collegiaal besturen heeft echt een meerwaarde. De lijnen zijn kort en er is een heldere verbinding met de onderwijskwaliteit op onze zes scholen. Binnen onze stichting is er een prettig en stimulerend contact met de raad van toezicht. Het samenspel met toezichthouders is voor mij nieuw en maakt mijn functie extra interessant. Laatst hadden we een bijeenkomst over formatief evalueren, echt een onderwijsinhoudelijk onderwerp dus. Het is leuk om dan met relatieve buitenstaanders – want dat zijn toezichthouders – van gedachten te wisselen.

Het komende jaar wil ik me als rector en bestuurder mengen in het maatschappelijk debat over onderwijs. Het recente advies van de Onderwijsraad over brede brugklassen heeft me geraakt. Ik heb op veel scholen en in veel verschillende onderwijssoorten gewerkt en ik denk dat ik door die achtergrond een visie heb die iets aan het debat kan toevoegen. Er zijn meer manieren om de kansenongelijkheid te bestrijden. Het Vossius is een relatief kleine school en we kennen elke leerling. De leerlingen voelen zich thuis, er wordt weinig gepest. Het onderwijs is van hoge kwaliteit en wordt gegeven door bevlogen leraren. Dit is echt geweldig en ik gun dit alle kinderen, op alle onderwijsniveaus. Wat mij betreft gaan we in het hele onderwijsveld naar kleinere scholen met soepele door- en opstroommogelijkheden. Kinderen moeten weer vrijelijk kunnen ‘stapelen’. Ik weet dat dit tegen het onderwijsbeleid van de laatste jaren indruist, maar dit zorgt voor veel meer ontwikkelingskansen voor kinderen.”

Dit artikel verscheen voor het eerst in het VO-magazine.